On roaming and homing, love of nature and the nature of love.

dinsdag 11 oktober 2011

NY coffee

The Big Apple is een koffiestad. Een echte New Yorker weet feilloos van een al te hete coffee to go te slurpen terwijl ie tussen de dichtglijdende metrodeuren glipt.
New Yorkers zijn nog niet lang gebrand op hun dagelijkse shot zwarte goud. Een jaar of tien geleden was koffie nog geen big deal. Wie koffie dronk, stapte toen nog een Deli binnen. Betaalde respectievelijk $0,75, $1 of $1,25 voor een gewone, grote of megakoffie – allemaal even slecht en zonder uitzondering geserveerd in blauwe kartonnen bekertjes.

Toen kwam Starbucks en palmde elke straathoek ik. Koffie werd een identiteit. Make it yours! Wat je dronk – cappucino, frappucino, latte, …, al dan niet met toegevoegde flavours – zei vanaf nu wat over je persoonlijkheid. Koffie werd de ultieme veruiterlijking van het individualisme van de stad. Daar moest vanaf nu ook voor betaald worden (met wat extra’s zit je nu zo aan een 6$-tas).

Vandaag functioneert NY op cafeïne. In downtown Manhattan brengen Wall Streetlui hun pauze door bij Leonidas. Legen geroutineerd vier espresso’s op rij. Het individualiseren van koffie gaat genadeloos door. In de wijk Tribeca krijg je een koffie met je naam erop. Een koffie apart voor je gebrouwen/gebrouwd. Van $17. Naar het schijnt niet eens met een bittere nasmaak.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten