On roaming and homing, love of nature and the nature of love.

maandag 24 september 2012

rfst

Hij is gekomen. Als de herfst gaat over doodgaan, dan is sterven als een storm die je 's nachts uit je slaap houdt, alles losrukt wat niet als in steen gebeiteld vastzit. Dan is sterven niet als vallen in een bodemloos gat, maar dwarrelen als een roofvogel op de termiek. Moeiteloos. Doelloos. Gedachteloos. En uiteindelijk ademloos.

Wat een kleurenpracht bezit het einde. Laat los en je explodeert in schoonheid. Geurt naar bedwelmende aarde. Weet alles van het wilde wachten. Van alle seizoenen kan alleen de herfst vier medeklinkers na elkaar verdragen. Tegelijkertijd onheilspellend en betoverend zijn. Eindeloos nieuwe vormen verzinnen uit de oude.

Daarom (en om zoveel meer): wie denkt dat de herfst tussen zomer en winter zit, vergist zich.

maandag 10 september 2012

Muu

Dit weekend Daan ontmoet. Daan heeft zes maanden geleden een herseninfarct gehad. Toen hij op een dag onder de douche stond, had hij het gevoel dat zijn hoofd elk moment zou ontploffen. Het laatste wat hij zich herinnert, is dat hij de ambulance belde, naakt de deur open zette en bedacht dat hij een broek wilde aantrekken - mislukt.

Nu, een half jaar later en acht vierkante centimeter hersenen lichter, voelt hij zich vooral muu. Muu is een zelfbedacht woord dat uitdrukt hoe hij zich voelt, nu hij weer leert lezen, leert hoe dingen heten en waar ze voor dienen. ‘Dan vergeet ik bijvoorbeeld dat dit een arm is’, zegt hij terwijl hij naar zijn been wijst. Een van de eerste uitstapjes die hij maakte na zijn ziekenhuisontslag was naar de dierentuin. Hij zag vooral veel beesten. Een aap kon hij nog benoemen. En om een niet nader te verklaren reden wist hij ook dat een gnoe ‘gnoe’ heet. Hij mag geen namen van dieren of andere dingen gaan studeren van de dokters. Het moet vanzelf terugkomen. Of het blijft voor altijd weg. Maar dat zegt hij er niet bij.

Hij is optimistisch, kan er nog wel om lachen, dat simpele wetenswaardigheden plots van zijn harde schijf zijn gewist sinds een onzichtbare hand op delete drukte in zijn hoofd. Tijdens het revalideren ontmoette hij iemand van wie de andere hersenhelft dan de zijne door het infarct was aangetast. ‘Die zegt dingen die niet bestaan. Zoals hapsitakflop. Dat doe ik gelukkig nog niet.’ Hij zucht diep. ‘Awelzunnen.’ ‘Wat zeg je?’ ‘Awelzunnen’, dat zeg je toch zo? Nee? Muuuu!

zondag 2 september 2012

Amor Scandinavia

(Woorden)stilte. Gij, gij laat mij buiten mijn oevers treden. Gij houdt mij vast met de armen van al uw meren en ik herinner mij niks meer. Uw landtongen breken mij de mond niet open. Terwijl ik in u oplos, wordt alles opgelost wat nooit een probleem bleek te zijn. Mijn kind woont in u. Mijn lijf met al haar spanningsbogen legt zich neer, geeft zich over, gaat ten onder aan uw eindeloze einder. Bij u ruik ik voor altijd naar de rook van het laatste vuur. Gij steekt mij aan en laat mij in uw noorden alle windrichtingen zien. Amor amor. Scandinavia!